Zanzibar! Alleen al de naam klinkt paradijselijk. En dat is het ook. Een eiland met zoveel verschillende culturele invloeden kan alleen maar machtig interessant zijn en als de natuur dan ook nog eens prachtig is, dan heb je natuurlijk een geweldige combinatie te pakken. Mijn rondreis door Tanzania sloot ik af met een verblijf op dit geweldige eiland, maar er is ook voldoende te beleven om dit als een losstaande reis te boeken.
Dralen door Stone Town
Hoofdstad van Zanzibar is Stone Town, een stad die het meest doet denken aan een kruising tussen een Portugees dorpje en een Arabische souk. Het zijn dan ook precies deze invloeden die sterk zichtbaar zijn. Maar ook de Afrikaanse en Indiase cultuur is duidelijk aanwezig in deze levendige plaats.
Door Stone Town kun je heerlijk dralen door de smalle steegjes. Wij waren er ten tijde van de ramadan, waardoor dit overwegend Islamitische stadje wat rustiger was qua etenstentjes, maar desalniettemin hing er een gemoedelijke sfeer en was er veel te doen.
Ontelbare winkeltjes met nog meer snuisterijen luisteren de smalle steegjes op. Prachtige, rijk versierde deuren wisselen de verschillende religieuze gebouwen af. Stone Town is een stad waar je eindeloos kunt blijven ontdekken, op eigen houtje of met hulp van een stadsgids.
Kookcursus op ‘spice island’ Zanzibar
Een eiland met zoveel verschillende culturele invloeden leer je het beste kennen door er goed te eten. Een lokale touroperator was daarom net begonnen met een kookcursus en wij mochten deze als eerste proberen. We werden verwelkomd in een van de twee locaties van restaurant Luukmaan. Dit succesvolle restaurant voor zowel toeristen als locals kent twee vestigingen in de hoofdstad en bereidt uitsluitend lokale gerechten voor de gasten. Gerechten die invloeden kennen van over de hele wereld: Afrika, India, Europa en Arabië, geen kruidencombinatie is te gek in deze keuken. Samen met lokale topchef Anuar zullen wij deze middag enkele Zanzibariaanse gerechten bereiden.
Omdat het ramadan is, is een van de Luukmaan vestigingen gesloten en kunnen wij deze keuken gebruiken voor onze kookkunsten. Met Anuar gaan we op stap op de lokale markt om boodschappen te doen. Met kilo’s uien, aardappels, rijst en bananen keren we terug, terwijl het zweet over onze ruggen en voorhoofden klotst van het slepen met al dit gewicht. Leuk om zo lokaal boodschappen te doen, maar voor dertig man koken in de verzengende hitte is toch iets wat wij toch niet helemaal gewend zijn.
Kok Anuar pakt het grondig aan. De gerechten die we gaan maken omvatten onder meer: birjani, pilav, gestoofde bananen en een bananenkokos-dessert. Niet de meest simpele gerechten, maar, zoals na lange tijd zou blijken, wel erg lekker. De kookcursus blijkt echt een authentieke ervaring te zijn, iets wat je zeker niet snel meemaakt als toerist op Zanzibar.
Onze kok blijkt een lokale held en wij zijn een bezienswaardigheid in de keuken. Rob Geus was gelukkig niet in de buurt, een enkele kakkerlak helaas wel. Het is maar goed dat onze koksmutsen voorkomen dat ons zweet ook daadwerkelijk in de gerechten terecht komt als niet-lokale toevoeging. De activiteit is zowel arbeids- als tijdsintensief en moet zeker nog verfijnd worden om het aantrekkelijk te maken voor het grote publiek. Maar wanneer je geïnteresseerd bent in het écht ervaren van de lokale cultuur, is dit een goede methode. Goed opletten en thuis namaken!
Idyllisch Zanzibar
Hoe hard we de dag ervoor hebben moeten werken voor ons eten, zo lui zijn we de dag erna. Voor de lunch laten we ons afzetten bij het idyllische restaurant ‘the Rock’. Als je een plaatje van Zanzibar kent, dan is het wel deze. Dit restaurant bevindt zich letterlijk op een rots in een azuurblauwe zee. Heerlijk eten en prachtig uitzicht gegarandeerd. Met onze voetjes in het hagelwitte zand lopen we naar de trap die ons richting het restaurant brengt.
Enkele uren later, wanneer we weer weggaan, blijkt het vloed geworden en bevindt het restaurant zich daadwerkelijk temidden van het nog steeds azuurblauwe water. Gelukkig komt een bootje ons al snel tegemoet spoeden om ons aan wal te brengen.
Suppen door de mangroves
Om al die etenskilo’s – die er in Zanzibar zeker aan zullen komen – een beetje teniet te doen, gaan we suppen door de mangroves met Surf Zanzibar. Een bijzonder leuke manier om dit stukje natuur van Zanzibar te zien. Hoewel de mangroves soms zo dicht begroeid zijn dat het nauwelijks doorkomen is, is het zeker belonend.
Na meer dan een half uur eindigen we op een mooi strandeiland waar vele vogelsoorten zich ophouden. Tijd voor een kleine pauze, die ook wel nodig blijkt te zijn als we later over de kolkende zee met fikse tegenwind moeten terug peddelen. Dan pas merk je hoe bijzonder het mangrovelandschap echt is, wat slechts luttele meters van de woeste zee een ware oase van rust brengt.
Kom tot rust op Zanzibar
Rust is iets wat het hele eiland wel uitstraalt. Blauwe zee, hagelwitte stranden, wuivende palmbomen en een goedlachse bevolking. Zanzibar heet je als eiland direct welkom. We eindigen onze reis aan de oostkant van het eiland, waar we hartelijk worden ontvangen in het Sunshine Hotel. Dit prachtige hotel kent slecht twaalf kamers en is daardoor enorm kleinschalig. De bouwstijl is prachtig authentiek en valt zo weg midden in de rijk begroeide natuur.
Vanuit het heerlijk relaxte restaurant loop je zo het strand op. Eventuele strandschoenen – vanwege mogelijke zee-egels – kun je gewoon lenen aan de balie. Mocht je de omgeving willen verkennen, dan kun je ook gewoon wat fietsen lenen en zelf op pad gaan. Heerlijk ontspannen; bij Sunshine moet niets en kan alles. Dit is de perfecte plek om heerlijk bij te komen van een prachtige reis over Tanzania en Zanzibar.
Praktische tips voor je reis naar Zanzibar
Vanaf het vasteland is Zanzibar makkelijk aan te vliegen. Zo kun je je bezoek aan Zanzibar onderdeel maken van een grotere rondreis door Tanzania. Wij werden tijdens het plannen van onze rondreis geholpen door Tanzania a la Carte. Het kleine vliegveld van Arusha Airport is ideaal en kent dagelijks meerdere vluchten naar Zanzibar, onder meer van Precision Air en Auric Air. Dit vliegveld ligt aan de van Arusha waar de meeste nationale parken liggen, en is daardoor, wanneer je op rondreis bent, vaak geschikter dan het verder gelegen, internationale vliegveld Kilimanjaro. Op Zanzibar verbleven wij in Stone Town in het statige Maru Maru Hotel, een hotel met veel culturele invloeden en fijne, ruime kamers. Het Sunshine hotel aan de andere kant van het eiland was gewoonweg paradijselijk en een heerlijk warm bad om je reis te eindigen. Bovendien is het eten daar onovertroffen.
Dit artikel bevat affiliate links. Dit betekent dat wij een kleine vergoeding ontvangen wanneer jij via deze link een aankoop doet. Dit kost jou niets extra’s, maar je steunt onze website er wel mee. Lees ook onze disclaimer.