Ingeklemd tussen Maleisië en Indonesië op het noordelijke deel van Borneo ligt het exotische Brunei. Het is een klein land, dat vooral bekend is van de olieproductie en de excentrieke levensstijl van de koning, beter bekend als de sultan. Maar is er ook wat te zien in het land en zijn hoofdstad?
Brunei is rijk
De naam van de hoofdstad van Brunei, Bandar Seri Begawan, klinkt in ieder geval exotisch. De kleine maar keurige luchthaven ligt op een steenworp afstand van de stad, dat met zo’n 20.000 inwoners bescheiden is. De rijkdom van het land, het staat op de zesde plaats in het lijstje rijkste landen gerekend naar het bruto binnenlands product, zie je niet meteen terug in het straatbeeld. Geen wolkenkrabbers, skibaan of opgespoten eilanden voor de kust. Wel gratis onderwijs en gezondheidszorg voor elke inwoner.
Olie is het meest bekende exportproduct van Brunei. Aan een grijze paal zit de welbekende rood met gele schelp bevestigd, die je vaker in het land tegenkomt. Vijftig dollar cent staat in zwarte letters eronder, nog geen veertig eurocent voor een liter benzine. Het autobezit onder de inwoners is hoog, alhoewel het veelal modale modellen zijn die over het snikhete asfalt tuffen. Het kan, zoals gebruikelijk in een subtropisch klimaat, overdag zinderend warm worden terwijl het volgende moment de regen met bakken uit de hemel komt vallen.
Marmeren minaretten en koepels van bladgoud
Mannen in witte gewaden lopen af en aan, terwijl een handjevol toeristen druk foto’s aan het maken is. Naast een functie als koninklijke moskee en gebedsruimte is de Sultan Omar Ali Saifuddin moskee het oriëntatiepunt en een toeristische trekpleister. Gelegen op een kunstmatig eiland aan de oever van de Brunei rivier weerspiegelt de reflectie van de indrukwekkende moskee met meerdere gouden accenten in het water. Schuin voor het witte bouwwerk ligt een klassiek schip, verbonden met een loopbrug naar het vasteland. Als je geluk hebt kun je een kijkje binnen nemen, dit is alleen mogelijk als de moskee niet in gebruik is. ’s Avonds na zonsondergang moet je er zeker langs wandelen wanneer het mooi verlicht is.
De grootste moskee bevindt zich in het zuiden van Bandar Seri Begawan. Hier vind je de Jame’asr Hassanil Bolkiah moskee, ook voorzien van een gouden koepel. Met een roltrap kan de hoger gelegen etages van de moskee worden bereikt. Rondom vind je een keurig aangelegde tuin zonder ook maar een sprietje verdord gras.
Eigen cadeau museum
Als sultan wil je nog wel eens de nodige cadeaus krijgen. Wat nu als je in je paleis geen ruimte meer hebt? Dan zet je ze in je eigen museum. Dat is nu precies wat de sultan heeft gedaan. Het Royal Regalia Museum met zijn gigantische koepel meteen op in het straatbeeld. Schoenen uit voordat je naar binnen gaat, anders word je streng teruggefloten. De collectie loopt uiteen van schilderen, beeldhouwwerken tot wapens en servies, veelal geschenken van vorsten uit andere Aziatische landen. Maar ook een kanon, paraplu’s en een uit de kluiten gewassen model vliegtuig, uiteraard van Brunei Airlines. Fotograferen is, uitgezonderd in de grote zaal nabij de entree, ten strengste verboden. Overigens is de toegang gratis.
Waterstad van Brunei
De grootste wijk van de stad en waar tevens zo’n 10% van de gehele bevolking van Brunei woont, zie als je langs de ‘waterfront’ loopt. Vanaf hier lijkt Kampong Ayer, het waterdorp, op een sloppenwijk gebouwd op houten palen in het water. Even rustig wandelen langs de bescheiden promenade zit er niet echt bij. Een horde van langwerpige houten taxiboten voorzien van buitenboordmotoren verplaatst zich consequent mee in je looprichting, terwijl ze een tour door het waterdorp en eventueel verder stroomafwaarts richting het regenwoud aanbieden. Veelal zijn de bestuurders dorpelingen en laten ze met enige trots hun dorp zien.
Gekscherend wordt Kampong Ayer het Venetië van Zuid-Oost Azië genoemd. De vergelijking komt in zoverre overeen dat het waterdorp ook alleen waterwegen heeft. Alle voorzieningen bevinden zich op het water; meerdere scholen, moskeeën, politiebureau, brandweer. Je vaart langs keurig geschilderde huizen met fleurige bloemen in bakken, maar ook langs provisorisch geknutselde huisjes van halfvergaan hout en golfplaten. Het geheel doet erg rommelig aan.
Ontspanning
Vroeg in de ochtend is het een drukte van belang in het Tasek Lama Park, iets buiten het centrum gelegen. Het populaire park vormt de plek voor allerlei ochtendactiviteiten en is tevens de toegangspoort tot een aantal hikes door het aangrenzende regenwoud. Waterdruppels liggen op de grote groene bladen van bijzondere inheemse planten, kleine hagedisjes schieten over de vochtige aarde voor je voeten langs, terwijl je het gekletter van de waterval hoort. Het park voelt en ruikt echt als een stukje tropisch regenwoud. Wel schijnt het park af en toe een uurtje te worden afgesloten als de dochter van de sultan haar rondjes maakt.
Strandvakantie in Brunei
Ook voor een strandvakantie zou je in Brunei terecht kunnen. Het is zo’n twintig kilometer vanaf Bandar Seri Begawan naar de kust. Je hebt verschillende stranden, maar verwacht geen uitbundig strandleven. Zowel de voorzieningen als het aantal accommodaties zijn beperkt. Daarentegen hoef je het strand maar met weinig mensen te delen, alhoewel de stranden over het algemeen niet allemaal even schoon zijn.
Als je meer van het tropisch regenwoud wilt zien dan is Temburong national park een prima bestemming voor een dagtrip. Per boot is dit nationale park bereikbaar. Je kunt hier onder meer vanaf een loopbrug op tientallen meters hoogte over het dak van de jungle van Brunei lopen.